Het is één van de meest existentiële zinvragen van het leven: wat kom ik hier doen op aarde? Begin dit jaar werd ik in het kader van de module Zingeving en Levensbestemming uitgenodigd om op zoek te gaan naar de bestemming van mijn ziel. Als leidraad gebruikten we het gedachtegoed van de Amerikaanse ziener Edgar Cayce. Volgens Cayce zijn wij als zielen geschapen om God in het spirituele rijk gezelschap te houden. Volmaakt maar nog onbewust. Om tot volwassenheid te komen, heeft iedere ziel een weg te gaan, waar (re)incarnatie in de driedimensionale wereld onderdeel van uitmaakt. Zo wordt je ziel als mens op aarde geboren met een unieke levensmissie, toegerust met een set sleuteltalenten die je in staat stelt om jouw missie te vervullen. Door middel van oefeningen kan je achter deze talenten en deze missie komen.
Ook voor Willem Glaudemans komt de ziel met een opdracht op aarde. In zijn scheppingsmythe is het de ziel zelf die samen met zogenaamde lichtmeesters haar aanstaande leven voorbereidt en een ‘blauwdruk’ maakt waarin levensopdrachten, levensthema’s en de te leren lessen zijn geweven. Als potenties en met alternatieven, want de vrije wil wordt gerespecteerd. Deze blauwdruk krijgt de ziel mee bij de geboorte op aarde. Aan het eind van haar leven wordt (in liefde!) gekeken wat ze van haar missie heeft volbracht en wat nog niet. Dat laatste is dan weer een les voor een volgend leven. In zijn Boek van Wonderen beschrijft Glaudemans hoe hij zelf op het spoor kwam van zijn eigen talenten en levensmissie.
Ik laat de scheppingsmythes even voor wat ze zijn, maar dat mijn ziel hier op aarde een missie zou hebben, vond ik een interessante gedachte. Ik ging dan ook op zoek. Aan de hand van vroege ervaringen, lang gekoesterde dromen, diepste verlangens en ooit gedane voorzeggingen, probeerde ik de contouren te ontrafelen van wat mijn zielsmissie weleens zou kunnen zijn. Elementen als zelfexpressie, wijsheid ontwikkelen en delen kwamen naar voren.
Eind januari bleek tot mijn verbazing tijdens een al eerder gepland astrologisch consult dat mijn bevindingen sterk ondersteund werden door mijn geboortehoroscoop. Volgens de astrologie staat je zielsmissie dan ook letterlijk in je geboortehoroscoop geschreven. Niet als voorspelling of als determinatie maar als een door de ziel zelf ondertekend ‘zielscontract’. Alsof de ziel de hemelse constellatie waaronder ze geboren wordt, zelf uitkiest. Ik snap niet hoe het werkt, maar het was wel heel bijzonder hoe het allemaal samenkwam.
Daags na het consult had ik buikpijn. Ik voelde aan den lijve dat ik me nu niet meer kon verschuilen achter een soort onwetendheid. 'Nu ik het weet, moet ik ook gaan,' hield ik mezelf voor. Maar het was ook een grote bevestiging. Het ontwaren van iets van een levensmissie is het ultieme antwoord op wat misschien wel de grootste zinvraag is. Zingeving als zin die mij gegeven wordt, in plaats van zin die ik het leven zelf moet geven. Hoewel het ‘gegeven worden’ en het ‘zelf geven’ heel dicht naast elkaar liggen, als ik ervan uitga dat mijn ziel zichzelf die opdracht heeft gegeven, dat contract zèlf heeft ondertekend. Dit laatste ligt nogal gevoelig. Op zich vind ik de gedachte mooi dat ik als ziel zelf mijn levensmissie heb mogen formuleren maar het gevoel en de (oude) angst dat het een opdracht van bovenaf betreft, een onverbiddelijke eis waaraan ik moet voldoen, ligt op de loer. Blijkbaar voel ik me niet vanzelfsprekend één met mijn ziel.
Deze angst raakt aan één van de belangrijkste thema's in mijn autobiografie. De titel, ‘Een briefje uit de hemel’, verwijst naar mijn jarenlange zoektocht naar dat ene levensvoorschrift, dat ene antwoord van boven dat mij zou vertellen wat voor mij de juiste weg is. Ik kreeg dat briefje niet. Tegelijkertijd wist ik diep van binnen dat ik dat briefje helemaal niet wilde krijgen. Alleen al de gedachte aan een levensvoorschrift deed mij steigeren. Hoe mooi is het dat ik mezelf als antwoord in de laatste zin schreef dat ik mijn eigen briefje mag schrijven. Onbewust verwoordde ik daarmee misschien wel een stuk van mijn zielsmissie. Ik schreef het aan mezelf en schrijf het nu nog een keer aan mezelf: Ik mag mijn eigen briefje schrijven, mijn eigen levensvisie ontwikkelen en delen, mijn eigen Zin vormgeven. En dat is niet iets voor de toekomst, noch iets waar ik nu heel hard mee aan de slag moet. Het is iets waar ik allang mee bezig ben. Ik heb mijn levensverhaal geschreven en gedeeld, ontwikkel en deel op mijn werk mijn visie op gezondheid, ben begonnen met het schrijven en delen van blogs en wil en zal nog meer schrijven en delen. Het mag, het is goed, het is zelfs de bedoeling, míjn bedoeling.
Bronnen:
Mark Thurston, 1993. Edgar Cayce. Over de bestemming van de ziel. Deventer: Ankh-Hermes.
Willem Glaudemans, 2014. De reis van de ziel. Utrecht: AnkhHermes.
Willem Glaudemans, 2017. Boek van Wonderen. Utrecht: AnkhHermes
コメント